‘Going to the game?’ Marcus, de met een dikke bril getooide kale taxichauffeur, denkt te weten wat de bestemming van de geplande taxirit rond het middaguur is. Het zwarte shirt met aan de voorzijde een grote print van het Miami Heat logo vormt dan ook een goede aanwijzing. Zijn mug shot is op het dashboard van zijn gele taxi, een aftandse en uitgeleefde Ford, geplakt. Marcus baalt dat hij moet werken, zelf was hij ook graag gegaan. Hij draait het voertuig de Mac Arthur Causeway op, die South Beach verbindt met Downtown Miami. Aan de linkerzijde van de weg, die eigenlijk een brug is, wonen de magnaten in fraai ogende optrekjes op Star Island. De andere zijde is bestemd als aanlegbasis voor de drijvende flatgebouwen. Vier schepen zijn aangemeerd, ook de Glory ligt er nog een aantal uurtjes alvorens opnieuw uit te varen naar een aantal bestemmingen in de westelijke zijde van de Caribbean.
De American Airlines Arena, alias triple A, ligt naast de cruiseterminals aan het uiteinde van de brug, aan de rand van Downtown. Het is druk onderweg, hetgeen gebruikelijk is voor de uren rondom thuiswedstrijden. Al file rijdend komt de Arena in zicht. Marcus stelt voor dat het laatste stuk op eigen gelegenheid wordt afgelegd, gezien de verkeersdrukte. Downtown is op een zondag, ook al schittert de zon hoog aan de hemel, geen fijne plek om te zijn. Zwervers hangen wat rond op straat, duwen, gekleed in vodden, roestende winkelwagentjes voort waarin hun bezittingen zijn opgehoopt. Een donkere man, zich moeizaam voortbewegend op twee krukken, heeft niet meer dan een knotje op de plek waar normaal een voet zou moeten zitten, fel paars gekleurd, hetgeen een onsmakelijke aanzicht vormt. Evenals het vele verkeer komen zij ook rond game time bovendrijven om te bedelen voor een financiële bijdrage ter compensatie van het leed die vervolgens wordt ingezet om aan een verslaving te voldoen.
James is overal. Ook met Wade en Bosh lopen veel fans op hun rug rond. Zeker 90% van de bezoekers betreedt de trappen richting de Arena met een uiting van de thuisploeg op hun kleding. Zoals bij iedere attractie in de US wordt met een apparaat gezocht naar het aanwezige metaal en vindt een tassen controle plaats. De rij voor de Arena gaat vervolgens over in de rij voor de fanstore. De winkel is overvol. Vijf kassa’s ratelen onafgebroken om alle koopwaar te kunnen verwerken. Dat is pas omzet draaien. Alles van de Heat is derhalve te koop, van dekbedovertrek tot prullenbak. The Heat is hot in Miami.
Let’s go Heat! Let’s go Heat! Het grote vierhoekige videoscherm dat boven het veld hangt geeft de tekst aan, die vervolgens door het publiek luid wordt gescandeerd. De sfeer is aanstekelijk, steeds meer mensen gaan staan. In verdedigende spelsituaties rolt de tekst ‘defense’ over de videoschermen, die door het publiek enthousiast wordt overgenomen. Al snel loopt de Heat uit op de Spurs, met een voorsprong die oploopt tot meer dan 30 punten. De vedettes krijgen hun rust, waarmee de bankspelers gretig hun minuten kunnen maken. Het niveau daalt hiermee zichtbaar. In de loop van het laatste kwart loopt na een serie missers en een veilig gestelde overwinning de arena, met daarin ongeveer 20.000 toeschouwers, langzaam leeg, om de massale uittocht na het laatste fluitsignaal voor te zijn.
Van een verkeersinfarct is echter al sprake. Muurvast staan de wegen rondom de American Airlines Arena, de zuidelijke ringweg richting South Beach is zelfs in zijn geheel afgesloten. Manuel heeft de uitslag al gehoord. Zojuist keerde hij met zijn taxi terug van een lange rit naar Cape Canaveral, waarmee hij naar eigen zeggen 600 dollar verdiende, om nog even een ritje te doen. Hij klaagt over de lokale radiozenders in de omgeving van Orlando. ‘They only talk trash’. De radio start hard aan, om de nabeschouwing van de wedstrijd te kunnen volgen. Enthousiast vertelt hij fan van de Heat te zijn, maar alleen in de playoffs wedstrijden te bezoeken en daarvoor astronomische bedragen te betalen. In zijn Braziliaanse roots komt de eigenschap bescheidenheid in ieder geval niet voor, opscheppend over zijn bankrekening, florerende taxibedrijf en zijn appartement op South Beach met een half miljoen overwaarde. Alvorens Manuel zijn verhaal kan afmaken komt Lincoln Road in zicht, de eindhalte.
Instemmend knikken voorbijgangers naar het shirt, zelfs een langslopende James neemt de moeite tot een groet.’Did you go to the game?’, vraagt de donkere winkelbediende, terwijl ze kleding opvouwt. Meerdere mensen in de rode tenues passeren. Overal is de rode vlammende bal met de ring daarboven zichtbaar. De Heat leeft volop in Miami. Let’s go Heat!